Dag 9
: maandag 14 maart, meer van Arenal – Liberia – Senderos de Buena
Vista
Vandaag
verlaten we het warme, vochtige en daardoor groene westelijke deel van het
land. Doordat de wolken niet over de bergketen, die van het noordwesten tot in
het zuidoosten door Costa Rica loopt, kunnen komen, valt tegen deze westelijke
hellingen veel regen. Als we om 6.00 uur opstaan is het bewolkt terwijl de
temperatuur heerlijk is. Even later begint het zachtjes te regenen. Om
7.00 uur moeten de koffers bij de bus staan zodat de chauffeur zich na het
opladen nog kan douchen voor het geplande vertrek van 8.00 uur.
We
rijden over een slingerende weg tussen groene hellingen en bossen. Na
enige tijd passeren we de stuwdam waardoor het kunstmatige Arenalmeer
is ontstaan. In 1967 is men daarmee begonnen ter verbetering van de
watervoorziening en bevordering van het toerisme. Het meer heeft nu een
oppervlakte van 88 km˛ en is daarmee het grootste meer van midden
Amerika.
Omstreeks
11.00 rijden we tussen Tilaran en Canăs en de groene omgeving maakt
plaats voor een droge, dorre omgeving. Het gras is geel, sommige bomen
hebben geen bladeren en alleen nog maar prachtige gele of paarse bloemen
(de Cortessa bomen) of rose bloemen (Yos). We zijn nu in de streek die
Guanacaste heet. In dit gebied groeit ook de typische Guanacaste boom, een
boom met een korte dikke stam en een tientallen meter brede kruin met
groene bladeren. We zien hier ook mangoplantages.
We
stoppen in Liberia, waar het schroeiheet is, om in een supermarkt van
Servicio Calidad inkopen te doen. Bij de komende overnachtingplaats is
daar geen gelegenheid voor. We nemen veel water en sap, snoepjes en
koekjes mee, zetten dat in de bus en lopen met elkaar naar een echte
Costaricaanse kroeg die Alex ons wil laten beleven. Onderweg kopen we bij
een straatkarretje gekoeld suikerrietsap. Het smaakt naar huishoudstroop.
In
kroeg de Victory Bar is het druk. Een aantal aanwezigen maakt voor ons
plaats zodat we bij elkaar kunnen zitten met achter onze rug opgestapelde
kratten met lege flessen. De fietsen van de bezoekers staan ook binnen
vanwege mogelijke diefstal! Twee dames werken in een keukentje van
misschien twee vierkante meter. Op aanraden van Alex bestellen we een
Mexicaans hapje, bestaande uit twee pannenkoekjes met daar tussen een
stevige pastasaus en nemen daar Fresco bij. Het smaakt de meesten goed.
Zowel binnen als buiten is het nog erg heet en we zijn blij als we rond
half twee de koele bus in kunnen.
De
tocht naar ons hotel duurt nog ongeveer 1,5 uur voor ongeveer 25 kilometer. De
weg is n.l. niet geasfalteerd en daardoor stoffig met soms verraderlijke
kuilen. Na een uurtje rijden we over een eenvoudige brug over de Colorado
rivier(tje) en stoppen om wat rond te kijken. Om drie uur staan we voor
de receptie van Senderos de Buena Vista en worden onthaald op een glas
koel sinaasappelsap. De inschrijvingsprocedure duurt lang. Alex vertelt
ons wat de prijzen van de activiteiten zijn waaraan we kunnen deelnemen
Ook krijgen we een globaal plattegrondje van het uitgestrekte terrein. We
brengen eerst onze koffers naar onze houten lodges, die twee grote bedden
hebben en voorzien zijn van douche en toilet.
Terwijl
Anneke wat op bed gaat rusten verken ik het omliggende terrein. Ik loop eerst naar het nabijgelegen uitkijkpunt, waar het nog flink heet is,
en ga dan langs de receptie naar de slide. Dat is een door het bos aangelegde
lange waterglijbaan waar je zittende op een autoband en met een valhelm op vanaf kunt om uiteindelijk in een bassin te plonsen.
Lopende langs deze waterglijbaan zie ik de uitgang, zoals later bleek, van
een grote hangbrug door de boomtoppen. Tot aan ellebooghoogte is deze
aaneenschakeling van
hangbruggen aan beide zijde voorzien van dik gaas. Het geheel is met
staalkabels opgehangen. Licht schommelend loop je van de ene naar de
andere grote boom en heb je een mooi zicht in en op de boomtoppen. Al
spoedig zie ik op ooghoogte enkele brulapen. Prachtig ze zo dichtbij gade
te kunnen slaan. Wanneer je hun brullen beantwoordt gaan ze steeds luider
brullen en komen dichterbij om te zien wie die indringer is. Na enige
honderden meters besluit ik Anneke te gaan halen om mee te genieten van
deze tocht. Op de terugweg sta ik oog in oog met een kleine neusbeer, die
op enkele meters afstand en zeker 10 meter van de grond op een dikke tak
ligt.
Samen
met Anneke daarna de gehele tocht door de boomtoppen gelopen
(foto onder). Ik schat de
gehele lengte zeker 1 kilometer. Nu zagen we op een andere plaats een
groep brulapen Op de terugweg lopen we samen nog naar het uitzichtpunt om,
samen met vele anderen, de mooie zonsondergang te bekijken.
Het
diner om 19.00 uur is een soort buffet met bescheiden keuze mogelijkheid
en van de onderhand bekende samenstelling : koolsalade, koude bonen, sla
en rijst, warme bonen met runder- en/of kippenvlees. Een klein bakje
rijstepap is met de koffie het nagerecht. Ook zitten we weer op lange
houten banken aan dito tafels.
Na
afloop gaan we op onderzoek naar het lawaai dat we steeds horen. We komen
uit bij een grote waterpoel waarin tientallen brulkikkers elkaar proberen
te overstemmen! Een hels kabaal. Als we weer vlak bij onze lodge zijn
horen we in het donker ook nog steeds vogels luid roepen. We ontdekken dat
het nachtzwaluwen zijn die voortdurend elkaars roepen beantwoorden.