Dag
12: donderdag 17 maart, Playa
Sámara
Prima
geslapen. Terwijl Anneke nog slaapt ga ik me douchen en aankleden en maak
een wandeling over het strand. Ondanks de vloed is het strand nog breed.
Pelikanen duiken in de branding om een vis te bemachtigen. De lucht is
onbewolkt en het belooft weer een hete dag te worden.
We
kunnen voor het ontbijt kiezen uit 8 verschillende soorten. Wij kiezen
Continental: jus d’orange,
3 sneetjes geroosterd brood, boter en jam, koffie/thee en een schotel met
5 soorten vruchtvlees.
De
dolfijnentocht zal tot één duren en op het afgesproken tijdstip worden
we door mannen opgehaald . Alex gaar met ons mee.
Twee
mannen komen ons op het afgesproken tijdstip lopend ophalen en met hen
lopen we naar zee en vragen ons af hoe en waar de boot zal zijn. Maar op
een gegeven moment zien we een kleine boot met buitenboordmotor en een
afdakje door de branding naar ons toe komen. Fototoestellen en kijkers
worden in een waterdichte zak opgeborgen. Sandalen uit en badend door het
water gaan we naar de boot en klimmem er in. De twee mannen duwen bij
iedere golf de boot enkele meters richting zee totdat de jonge schipper de
buitenboordmotor kan laten zakken. Voortgestuwd door 40 pk spetteren en
beuken we door de branding en zetten koers naar open zee. De zee is erg
rustig en het lijkt alsof we ons op een zacht deinend en glooiend
watertapijt bevinden. We komen na een uur varen vlak bij een vissersboot.
Rondom en op de boot krioelt het van de bruine pelikanen en Jan van Gent
vogels. Aan boord zitten enkel vissermannen te eten. Het lijkt of er delen
van grote schildpadden hangen te drogen.
Als
we verder varen, de zee is hier ca. 220 meter diep, zien we een enkele
keer een grote zeeschildpad zwemmen. Komen we te dichtbij dan duikt hij of
zij onder. De schipper informeert regelmatig met zijn mobieltje bij
collega’s of zij al dolfijnen gezien hebben. Helaas, ze zijn nergens te
bespeuren. Ook geen enkele vis wil aan de uitgeworpen hengel komen. De
schipper heeft water en ananas aan boord en deelt die aan ons uit. Fijn
dat er een dakje boven ons hoofd zit want de zon brandt fel. Nog maar eens
een keer extra insmeren. We
zetten koers naar een eilandje voor de kust (zie
onderstaande foto). De schipper zet de boot op
het witte strand, springt eruit en helpt ons uitstappen. Een zak met
snorkels en de koelbox gaan ook mee. De boot wordt weer van het strand
geduwd en in diep water verankerd met wat gebogen betonijzers.
Omdat
er erg veel golfslag op het gedeelte staat waar we kunnen snorkelen en de
kust daar vol rotsdelen zit, is het niet gemakkelijk om in het diepere
water te komen. De heren lukt dat wel maar de beide dames bekijken de
onderwaterwereld op hun knieën. Er zijn wat mooie vissen te zien maar in
vergelijking met eerdere ervaringen op Aruba is deze plek niet veel
bijzonders.
Om
precies één uur wordt de boot door de branding geloodst en op het stand
gesmeten. We kieperen bijna om. Gelukkig is de man die ons vanochtend naar
deze plek bracht aanwezig en houdt de boot in evenwicht.
Op
weg naar hotel merken we hoe heet het is. Anneke is even voor mij terug
gekomen van een lange wandeling in zuidelijke richting langs het strand.
Ze was dat niet van plan geweest en had daardoor geen water en zonnebrand
bij zich. Haar gezicht, armen en benen waren door de zon flink gekleurd.
Onderweg had ze een flesje water bij een hotel kunnen kopen. Ze is erg
enthousiast over de wandeling en we besluiten deze morgen samen te doen.
We
eten de lekkere broodjes die Anneke bij een klein bakkerswinkeltje heeft
gekocht op, douchen ons en rusten een tijd op bed in onze heerlijk koele
kamer.
Anneke
wil nog graag in zee zwemmen dus gaan we daar heen. Het ijs van gisteren
was zo lekker dat we vandaag op de terugweg
het weer kopen. Totdat we om zeven uur gezamenlijk ergens gaan eten
zitten we in de schaduw bij het zwembad te lezen.
Het
eten in het restaurant, dat een Nederlandse eigenaar heeft, is smakeloos.
Jammer. We bestellen daarom geen nagerecht en nemen bij ons eigen hotel
een coupe ijs. We moeten wel een half uur wachten voordat we het krijgen,
terwijl er bijna geen mensen zitten.