|
|
|
|
Van Nairobi via Samburu NR naar de Thomson Falls
Dag 1: Om 11.00 uur vertrekken we met een gloednieuwe Boeing 777-330 van de KLM voor een directe vlucht van 6683 km naar Nairobi de hoofdstad van Kenia. Ons reisgezelschap zit bij elkaar zodat de eerste gesprekken aangeknoopt kunnen worden. Precies volgens plan landen we om 20.25 uur (in Nederland 18.25 uur) op het 1600m hoog gelegen vliegveld bij een temperatuur van 19°C. Reisbegeleider Marcus wacht ons op en adviseert gelijk geld te wisselen in Keniaanse schillingen Nadat onze bagage op het dak van een hotelbus is geladen rijden we in een half uurtje naar het Silver Springs Hotel. Even de bagage naar de kamers brengen en dan bijeenkomen voor de eerste kennismaking met een gratis drankje van Djoser.
Dag 2: Om 5.30 uur staan we op. Dat zal tijdens de reis meestal het ontwaaktijdstip zijn. Na een uitvoerig ontbijt laden we onze bagage in de naast ons hotel staande truck. De bemanning bestaat uit 2 Keniaanse chauffeurs, Benjamin en Kadiz en een kok Eduard Kaprono, noem me maar "Kip". Onze Amerikaanse reisgenote Harriett heeft zich bij ons gevoegd, nog zonder koffers, want die staan nog in Caïro! (ze zullen nagestuurd worden naar Eldoret waar we over enkele dagen door zullen komen). Alle 20 stoelen in de truck zijn bezet, Marcus zit op een kussentje op de voorplecht. Het gezelschap bestaat uit 13 vrouwen en 7 mannen in de leeftijd van 23 t/m 63 jaar. We zetten koers naar het noorden. Onderweg een glooiend landschap en overal langs de weg wandelende Kenianen. "Waar gaan ze toch allemaal heen?" vragen we ons af. Geen trottoirs alleen maar uitgelopen smalle zandpaden. Dan een korte stop om inkopen te doen en een bezoekje aan een markt te brengen. Lijmsnuivende jongens hangen rond de bus en bedelen. Begin van de middag arriveren we op de camping op de flanken van Mount Kenia, één van de 5 bergen rond de evenaar met eeuwige sneeuw. Bavianen en Zwart-witte colobusapen vertonen zich in het zicht van de tenten. We horen allemaal onbekende vogelgeluiden! Na een korte instructie lukt het bijna iedereen de tent op te zetten. 's Middags maken we, gesplitst in twee groepen, met een gids een wandeling door de omgeving en passeren deze door de Mau-Mau aangelegde brug. Kennelijk had men de planken later ergens anders voor nodig!
Dag 3: De volgende dag gaan we verder noordwaarts naar het Samburu National Reserve. Het voor de eerste keer opvouwen en inpakken van de tenten lukt bij de meesten niet. Her en der leveren Jan en ik wat hulp. Onderweg bezoeken we een nederzetting van de Pokot-stam, een aan de Masai verwant volk. We moeten 800 Keniaanse shilling p.p betalen, dat komt neer op (US)$ 8,-. Dat is voor deze mensen veel geld. Nieuwsgierige kinderen wachten ons binnen de kraal op, vrouwen kleden zich om (of aan). Enkele engels sprekende mannen ontvangen ons. Eén van hen is de regisseur en geeft uitleg. De andere stamleden volgen zijn instructies op. Er volgt zang en dans en we mogen meedoen. Harriet wordt bevangen door de hitte en valt flauw; onder een boom komt ze weer op verhaal. We worden rondgeleid langs de werkplaats van de smid, zien de veeplaats en mogen een kijkje in de hutten van de kraal nemen. Voor het vertrek zitten alle vouwen in twee rijen, waar wij tussendoor moeten, om de door hen gemaakte versieringen te kunnen kopen. De regisseur bepaalt de prijs (samen met de maakster). We lunchen in de bush-bush buiten de kraal en rijden kort daarna het Samburu NR binnen voor onze eerste game drive. (Toegangsprijs en kampgeld zijn in de reissom inbegrepen: resp. $ 30 en $10.) De voorruiten van de truck worden naar beneden geklapt en we kunnen staand op de voorplecht de omgeving afspeuren naar wild. Al spoedig zien we de eerste olifanten en onze chauffeur crosst over de zandpaden om dichterbij te kunnen komen. Geweldig! Er zijn verschillende groepen olifanten. We verdringen ons om maar een goede foto te kunnen maken. Even later zien we ook buffels en Grevy's zebra's. In het park, aan de oever van de Ewaso Nyiro rivier slaan we onze tenten op. Het sanitair is minimaal: 1 kraan (koud, geen drinkwater), 1 koude douche en 2 hurk-wc's! Aan de overkant kijkt een olifant ons aan en bavianen zitten vlakbij. Onder begeleiding van een bewapende parkwacht lopen we 's avonds naar het nabijgelegen restaurant voor een lekker drankje. Een krokodil houdt ons vanaf de andere oever in de gaten. Met dezelfde begeleiding weer terug. Welterusten!
Dag 4 : Weer 5.30 uur opstaan, 7.00 uur vertrek. Even nog aan de rivieroever kijken: er liggen een krokodil en een verse hoop olifantenmest enkele meters achter onze tent! Gelukkig wat dichte bomen en struiken er tussen. Zouden die eigenlijk wel helpen? Twintig velvetapen, ook wel blueballs genoemd omdat de mannetjes lichtblauwe ballen hebben, zitten al in de bomen te wachten op onze etensresten. Iets verderop wachten de bavianen op hun beurt bij de afvalplaats. We verlaten het park met een game drive en hebben geluk, want spoedig ontdekken we een leeuwin met vier uit de kluiten gewassen welpen. Ze zijn vlak bij! Doodse stilte in de bus, de welpen lopen vlak langs de bus. Even later een Blackbacked Jakhals, een Oryx en Netgiraffen. We rijden nu in zuidwestelijke richting en passeren de evenaar. We staan verbaasd te kijken als aangetoond wordt dat het water op het noordelijk halfrond, op 20 meter van de evenaar, rechtsom draaiend uit een wasbak wegloopt en op het zuidelijk halfrond linksom (de precieze reden kunnen we niet achterhalen). We overnachten bij Thomson Falls, waar we kort na de middag arriveren. 's Middags dalen we met een gids (veel te snel) af naar de voet van de 78 meter hoge Nyahuru waterval, foto maken en weer naar boven klimmen. Een horde verkoopsters wil ons mee hebben naar hun winkeltjes maar de meesten gaan met de gids mee naar een hippopool (hippo = nijlpaard). Geen hippo's te zien, wel veel verschillende vogels. Terug bij de tenten kijken we hoe Kip de warme maaltijd voor 24 personen klaar maakt en zingen we na afloop bij het kampvuur. Hoe kan het ook anders met zulke oud(e)-padvinders erbij!
|
