Het
testament van
Cyprianus
Feye van Jaersma
Uitgave
van Hof van Friesland, archieftoegang 14, inventarisnummer 1677, 308v - 313r
M.H.H. Engels, mei 2009
Op huyden den 14en January 1636
exhibeerde d'Ed. Mog. Hoochgeleerde Heere Theodorus Saackma, mede Raad
ordinaris in den Hove van Frieslant, sekeren principalen testamente sampt
Codicil ende versochte sijn Ed. deselve alhier ten fideicommissaire
registratieboeck geregistreert te hebben, luyden[de] als volcht.
[links hiervan:] Den 22en dito den principale de here exhibent gerestitueert.
In den name Godes Amen. Alsoo
niet seeckerder is als de doot, ende niet onseeckerder als d'uyre van dien, soo
hebbe ick Jr. Cyprianus Feye van Jaersama, geweest hebbende heer tot Haskerhaen,
nu wonende tot Leuwarden, willende niet scheyden uyt dit dall der tranen
sonder te maecken mijn testament, hebbende mijn verstandt ende memorie, ende dat
sonder enige persuasie ofte inductie van imanden, maer door mijn vrijen wille,
soo hebbe ick Testator door mijn eygen dictatien in scriptis aldus laten
stellen, in voegen ende manieren als hiernaer is volgende. Protestere dat ick
geen secten, valsche opinien, noch enige ketterijen, hoe sij oock mogen wesen,
ben adhaererende ofte onderworpen, maer belijde ende gelove aen de twaelff
articulen des waerachtichs geloofs, thien geboden, ende aen den Evangelischen
text conformelijck ende sonder enige altercasie g'expliceert. Bevele dan mijn
ziele in de genade mijns Scheppers ende Salichmaeckers Jhesu Christi, ende mijn
lichaem d'aerdtsche begraeffenisse tot een blijde verrijsenisse van alle
gelovigen.
• Ordinerende dat mijn lichaem tot
Holwert sall worden gebracht, ende niet eenen nacht sall staen, maer
aldaer gebracht sijnde van de gebueren ende niet gereden, sall in den kelder
gebracht worden, alwaer mijn heer vader Sipcke van Jaersma, ende mijn
vrouwe moeder Maria van Uursule echteluyden met mijn andere vrienden
rusten. Daervoor ick Testator de gebueren die mij sullen dragen, een tonne biers
eens bespreecke, ende men sall luyders huyren, die mij aldaer sullen beluyden;
als te weten s'morgens, s'middachs ende s'avonts, tot elcke stonde een uyre soo
lange als ick boven d'aerde sall staen, mijn leedmaeltijt sal men alhier houden
binnen Leuwarden, ende des anderen daegs de gebueren die mij sullen dragen te
scheep oft op den sleed, ende men sall haer met wijn ende bier well tracteren
soo well als de vrienden, ende den derden daegs d'armen weduwen.
• Hier beneffens bevelende dat Frouck
van Poppema ende haer vrienden in wat lidt dat sij haer oock bestaen,
waeronder oock ick begrijpe Maycke Doedt Mols ende hare descendenten met
hare mannen die se mogen krijgen, niet sullen wesen noch gebeden sullen mogen
worden op mijne begravenisse, leedmaeltijt, ofte enich stuck broodt, wijn ofte
bier te mogen gebruycken uyt het sterfhuys; van gelijcken en begere nier dat Frouck
van Popma noch haeren soon noch dochter nae mijn versterven in den genoemden
kelder als andere legersteden, niet mogen worden gebracht noch begraven te
worden, noch in mijn gestoelte en mogen sitten, ende dat doene ick ter oorsaecke
dat Frouck van Popma seer lelijck soo tegen mij als tegen mijnen heer
vader geweest is ende heeft mij laten betaelen, soo van de legersteden als
andersins, dat all bij mijnen vader betaelt was. Waerom dat ick niet en begere,
dat sij dese sepulturen sullen mogen genieten, bij poene van alsulcke boete ende
straffe van de onterffenisse, als hiernaer sall gestelt worden, indien Sipcke
ende Maria Jaersma ende Frouck van Popma contrarie deses mochten
doen ofte laten doen laten. Casserende ende te niet doende alle Testamenten ende
Codicillen die bij mij voor dato deses sijn gemaeckt, als oock alle legaten bij
monde ende andersins.
• Eerstelijck legatere ick tot
profijt van den armen tot Londerzeel, in clein Brabant gelegen,
hondert carels guldens, 't welck den heyligen geest meesters aldaer op goeden
ende sufficiante panden sullen stellen, om den renten van voors. hondert guldens
alle jaren aen broodt uytgedeelt te worden ten eeuwigen dagen, ende men sall
alle jaren seggen dat van mij Testator sulcke is besproocken, ende in den
rentebrieff sall sulcx gestelt worden
• Item aen de kercke van deselve heerlijckheyt van Londerzeel legatere
ick Testator op naevolgende conditien een sekere losbare renthe van twaelff
Rijns guldens ende thien stuyvers ofte soo vele min ofte meer als de
constitutiebrieff medebrenget, die jr. Engelbert van Doetekum aen mij
voor de Schepene van Londerzeel heeft gepasseert, ende aldaer
te boecke is staende, voor welcke vs. rente ick Testator die administrateurs van
de vs. kercke oblegge een kerckelijcke jaer getijt met sijne behoorlijcke annexe
te doen, ende den pastor
aldaer te doen predicken, diewelcke mijn doodt aldaer sall vercondigen, ende men
sall voorts in gelijcker voegen doen, als ick Testator dede ten tijden doen ick
tot Londerzeel woonde voor den Edelen Heer Jr. Joost van Uursele,
heer tot Haskerhaen.
• Item men sall mijnen naem Jr. Ciprianus
Feye van Jaersama alle sondagen uyt het kerckel. boeck verkondigen laten,
voor hetwelck den pastor ofte vicarius van de voors. administrateurs van de
kercke sall worden geloont uyt die voors. rente, die ick Testator daertoe hebbe
geinstitueert, ende constituere mits desen ten eeuwigen dagen daertoe, dat sij
sulcken kerckelijcke diensten sullen doen tot ruste van mijn siele, ende oft het
mochte gebeuren dat de vs. rente affgelost mochte worden, wederomme op een ander
wis pandt gestelt ende bekeert worden tot sodanigen sacras usus als men aldaer
voor mijn gesturvene ziele mach doen ende gebruyckelijck is te doen, ende men
sall daerbij laeten setten in den brieff, dat het geprocedeert is van Cyprianus
Feye van Jaersama, stellende tot opsichter diegene de landen ende het huys
tot Drietoorn is toebehoorende, begerende dat dieselve dit
executeurschap van dese dispositie soo veel het Brabant aengaet willen
accepteren, als oock het legaet van de hondert carels guldens, die ick aen de
voorstanders van den heyligen geestmeesters legatere, dewelcke honderts gls. de
heylige geestmeesters geholden sullen sijn op gewisse panden te beleggen ende in
den bryff te laten stellen dat ick die penningen heb gegeven, ende de renthe van
dien hebbe geordineert jaerlijx aen den armen bekeert te sullen worden. Welcke
voors. hondert guldens met het vs. rentebryff van Jr. Engelbert van Doetekum
in vrijen gelden aen de schepenen van Londerzeel sullen worden gesonden,
ende so geringe den vs. Schepenen den vs. brieff ende penningen sullen hebben
ontfangen, metten copia uyt deses, sullen dan de vs. Schepenen in continenti
ontbieden diegene die 't huys te Drietoorn ofte Uursele besitten.
• Voorts is mijn Testators wille,
indien de vs. renthe van Doetekum niet wert g'imploieert tot sodanigen
fine, als ick Testator die besette, ende in desen hebbe geconstitueert, als oock
het
legaet van de hondert guldens, ende die renthe vandien niet werden geimploieert
tot den armen als in desen geschreven is, soo sullen de besitters van het huys
te Drietoorn ofte Uursule dieselve twee parchelen mogen aenvaerden
als hun vrij eygen. Item legatere ick Testator eeuwelijck ende erffelijck Rycxt
Eelsens, huysvrou van Gerryt Botes, de summa van twee hondert Keysers
guldens eens, mits dattet onder mijnen hiernae g'institueerde erffgenamen drie
jaeren tot vijff ten hondert sall blijven staen. Ende indien mijn eerste
g'institueerde erffgenaemen ofte emant van harentwegen desen is breeckende,
verdubbele ick
Testator het voors. legaet.
• Magdaleen Eelsens sall
eens voor all hebben de summa van twee hondert car. gls., sall insgelijcken
blijven staen onder mijne erffgenaemen, te weten drie jaeren lanck tegens
vijff ten hondert, ende verdubbele oock hetselve legaet, soo mijne eerste
erffgenaemen van desen in het minste punct sijn inbreeckende. Item legatere ick Geertie
Cornelis, nagelatene wedue van mester Frans Abbema, eeuwichlijck ende
erfflijck de summa van duysent Keysers guldens, yder gulden op twintich stuyvers
gerekent, als oock d'andere legaten gerekent worden; daer beneffens sall Geertien
Cornelis hebben een bed met sijn toebehooren datelijcken, maer de vs.
penningen sullen blijven staen bij mijn eerste erffgenamen seven jaeren lanck,
ende dat vijff ten hondert, ende verdubbele de vs. twee legaten, indien mijn
eerste g'institueerde erffgenamen desen niet willen naegaen ofte approberen,
ende daerenboven sall Geertie Cornelis noch hebben ende in vrucht
gebruycke besitten, haer leven ende langer niet dese mijn Testators huysinge,
sonder daer enige borge ofte cautie voor te
stellen 't sij voor brandt, verslimmeringe ofte andersins, ende sullen mijne
erffgenamen haer het huys wel gerepareert leveren; hier beneffens sullen mijne
erffgenamen de grondtpacht alle jaeren betalen, die acht en twintich Keysers
guldens is, ende de schattingen oock. Ende
dit doene ick Testator dat mijn wijlen heer vader mij belast heeft in sijn
Codicillen, ende heb hem daerop de handt gegeven dat ick de voors. Geertie
Cornelis een eerlijck henencomen soude maecken, soo eeuwichlijck ende
erfflijck, ende het fruchtgebruyck, dit doene ick
uyt mijnen vrijen willen ende eygen naemen, sonder daerinne gehouden te sijn, en
sall in de voors. huysinge blijven hangen mijn eygen schilderije ende de
schilderije van mijn wijlen heer vader ende moeder, de groten spiegel, een eyken
tafel met een spreed daerover, ende een eyken slaepbanck, ende het silverwerck,
sall alles bij inventaris gestelt worden. Sullen oock alle kisten met brieven
soo van mijn ouderen ende voorouderen, ende mijn eygen bryven hier altijt in
dese voors. Huysinge ende alles op een kamer met de kisten daer sij in sijn
sullen blijven leggen, ende de verdere bryven die daer niet in sijn, sullen daer
oock in gesloten worden, ende den naergenoemden executeur sall naer Geertkens
Cornelis doodt ende afflijvicheyt, alle bryven naer hem nemen, ende het
silverwerck van gelijcken, ende mijn vordere meublen soo hier als te Holwaert
alles bij boelgoedt laten vercopen om de maendstondt.
• Ende om te betonen hoe seer dat mij ter herten gaet ende reguard neme op de
glorie ende eere van ons Eedel geslachte, soo ist dat ick mijn w. broeder Eelse
van Jaersama soone in respecte van sijn moeders quade educatie ende om
andere gewichtige redenen meer,
hier voorbij gaende, om nochtans metter daedt te bethoonen, hoe seer van mij den
eere van Jaersama geslachte beherticht wort. Instituere ick voorts tot
alle mijne nagelatene goederen,
actien ende gerechticheden, universale erffgenamen, den eersten ofte outsten
sone, die van de vs. Sipcke van Jaersama in echte getogen sall worden,
mits dat hij nae mijnen name Cyprianus Feye van Jaersama genoemt worde,
ende onder vordere conditien ende bedinge van het geniet ende respective bewinde
der jaerlijxen incomsten van dien, gelijck nae verclaert sall worden: des is
mede mijn uytterlijcke wille ende begeren, dat bij het overlijden van deselve
mijne g'institueerde erffgenaem, de voorgeroerde goederen alle, niets daeraff
uytgesondert, sullen vorders devolveren ende comen op sijnen eerstgeborenen sone
alleen,
ende wijders soo man achter man, tot in den thienden graad, onder conditie dat
den thienden man ofte soon geholden sall sijn wederom tot den thienden graad te
disponeren, ende mijnen naem t'elckens te voeren als boven van mij is geseyt.
Maer oft het gebeuren mochte, dat
van de voorgenoemde mijn neeff Sipcke van Jaersama genen sone
echtelijcken gebooren, ofte nae mij niet genoemt, ofte mijn herediteit van hem
gerepudieert werde, immers sijne voorgenoemde descendenten quamen te deficieren,
in dier gevalle, substituere ick vulgariter ofte bij fideicommisse, als sulcx
ten besten geschieden can, den eersten geboren sone van mijn broeders dochter Maria
van Jaersama in wettigen houwelijck getogen, mits dat deselve niet alleen
genoemt sall worden nae mijnen name Ciprianus Feye van Jaersama, dan oock
de wapens van Jaersma aennemen; ende daerbeneffens ’t geniet ende bewint der
incomsten laeten sijn ende blijven in voegen, als terstont hiernaer gesegt sall
worden; doch van afflijvicheyt ende gebreke van de vs. mijne gesubstitueerde
errfgenamen is mijn meyninge ende begeren insgelijcken, dat alle de voorgenoemde
goederen sullen vervallen op desselven
eersten sone, mits dat denselven genaemt sall werden nae mijnen naem als vooren
verhaelt, ende soo wijders man achter man tot in den thienden graad, verbiedende
derhalve allesins mede ende oock in alle cas well expresselijcken den detractien
Trebellianicae, Falcidiae ofte andere hoedanigen die voor ofte ten
lesten van mijne g'institueerde ofte gesubstitueerde erffgenamen bedacht soude
moge worden, ende ten eynde beter de reputatie van Jaersama familie
geconserveert ende beholden mogen worden, wille ick Testator dat de jaerlijcxe
opcompsten van deselve mijne goederen nae aftochte van de lasten, sullen oplopen
ende aengeleyt worden ten besten van mijne voorgenoemde eerste geinstitueerde
ofte respective gesubstitueerde erffgenamen, totdat sij dartich jaeren out
sullen sijn geworden.
• Ordinere ende stelle oversulcx
niet alleen bij desen den Eerentvesten, seer geleerden Grietman van Dantumadeel,
Suffridus Saeckma, tot executeur van dese mijne dispositie int geheel,
dan bij gebreke van dien sijnen broeder een uyt haren geslachte, versoeckende
ende ordinnerende de vs. personen daertoe tot tutores, curators respective van
de voorgenoemde mijne erffgenaemen ofte administrateurs mijner vs. goederen die
formel. hier konnen
genoemt sijn ofte bevonden mogen worden, specialijck ofte general. haer lieder
authoriserende, 't bewint ende regeringe mijner goederen terstont bij mijn doodt
ende overlijden aen te nemen, ende met auctoriteyt aen te vaerden, sonder emants
inseggen ofte contradictie, hierin te hebben, in aller manieren ofte sij
erffgenamen waren, ter tijt de vs.
voorgenoemde erffgenamen tot den voorgenoemden ouderdom gecomen sullen sijn;
stelle ick Testator ter oorsaecke vandien, den voors. Grietman ofte deselve die
naer mijn versterven ende doodt daernaer voor gedenomineert mochten worden,
datelijcken oock in de possessie van alle mijne goederen, ende sullen die
aenveerden, regeren ende administreren tot profijt van mijne geinstitueerde ende
gesubstitueerde erffgenamen, sonder enige inwiesinge te behoeven te versoecken.
Sullen oock Sipcke noch Marij Jaersama, noch haer moeder ende
vrienden niets haer mogen tegenstellen noch opponeren tegen den voors. executeur
ofte curatores administrateurs die bij mij hier gestelt sijn, veel min dat sij
haer de possessie sullen mogen ontkeren van mijne goederen, actien ende
gerechticheden, ende dat bij poene, indien contarie sijn doende, dat ick de
institutie ende substitutie, die op Sipcke ende Marij descendenten
uyt liberaliteyt sijn gedaen, bij desen cassere, ende in sulcken gevalle van
als nu te niet doende ben, ende sullen alsdan mijne goederen genieten, alle
actien ende gerechticheden devolveren ende comen op den heere Doctor Johannes
Saeckma, Raedt ordinaris in den Hove van Frieslandt, die ick Testator
in cas van onwilligheyt, ende inbreeckinge van dese voor pure erffgename
instituere, gelijck ick in de alderbeste forme can doen, ende sall hetselve dan
erven op sijn twee sonen, ende indien deselve sonen geen kinderen kregen, soo
salt dan op den voors. Johannes Saeckma dochters erven, mits dat sij niet
sullen mogen hylicken aen Sipcke noch Marij Jaersama mijn
Testators wijlen broeders kinders, als oock aen hare descendenten tot den sesten
graadt toe, noch oock mogen accorderen, dan alle mijn actien ende gerechticheden,
die ick mach hebben op Sipcke
ende Marij ende andere personen tot het uyttersten met proces uyt te
voeren, ende daerbeneffens alles wat over de vijff hondert carels guldens ofte
daerover betreffende, revys geholden sullen sijn te versoecken, ende indien de
heere Saeckma als andere personen, gelijck sijn sonen ende dochteren
hierin gedenomineert, het minste punct ofte clausule niet wilden naegaen, ofte
haer beswaert vonden mijne goederen op de vs. conditien niet wilden hebben, soo
sall d'institutie van alle mijne goederen comen op Ritske Sapema mijn
neve. Indien dieselve oock op gelijcke conditie als op den heere Saeckma
ende sijne kinderen staende is, niet en willen hebben noch aenveerden, soo
sullen dan mijn goederen comen ende erven tot onderhoudinge van de armen tot Holwert,
dan Sipcke ende Marij Jaersama ascendenten ende descendenten tot
den thienden graad toe sullen geen administrateurs sijn van de vs. Armen tot
wien het goedt sall devolveren; sullen mede d'administrateurs
gehouden sijn alle mijne actien, processen ende gerechticheden uyt te voeren die
ick tegen Sipcke ende Marij Jaersama enichsins mach hebben, ende
met haer lieden niet mogen accorderen, het sij om de gestoelten, legersteden,
huysen, landt oft sandt ofte andere goederen die mij mochten betreffen, ende
indien sulcx gedaen wort, soo neme ick d'institutie
van de armen tot Holwert oock wech, sullen dan alle mijn goederen, actien
ende gerechticheden vervallen aen de arme weduen ende wesen die in dese espel
sijn wonende, daer mijn huys is behoorende, daer ick Testator in woone, mits dat
men d'opsienders vandien in cas van vervallingen, van alle mijne goederen copye
ende inventaris sall geven, omdat die alsdan aen de armen mogen gedistribueert
worden, verstaende nochtans dat men mijn goederen niet sall vercopen mogen, om
de legaten ende schulden. Ordinerende mits desen oock well expresselijcken, dat Sipcke
noch Marij Jaersama, hare mannen ende vrouwen noch hare kinderen, all is
het saecke dart sij den ouderdom van de gesette jaeren mochten ofte in pupillare
aetate vel post pupillarem aetatem sijn gecomen sullen all evenwell gehouden
sijn den executeur ofte sequestrateur ofte de voormombers in desen gestelt yts,
yts wouden contrarieren, ende haerlieden de possessie van mijn goederen wouden
ontkeren naer mijn versterven, ende doordien den qlt. niet wouden admitteren,
dan daertegen wouden procederen ofte laten procederen 't sij Frouck van Popma,
hare vrienden, kinderen ende descendenten, begerende ende ordinerende dat sij
dat effectueren ofte ontfangen, op poene van de onterffenisse ende geen deel
hierin te mogen hebben, als praevaricateurs ende contraventeurs die haren tegen
mijnen uyttersten willen opponeren, dan d'institutie ende substitutie voort van
dese genomen, gelijck boven breder verhaelt is, die op Sipcken outsten
soon ofte dochteren is geset ende op Mariens kinderen van gelijcken, sall
oock de voors. Curator ofte executeur ofte sequestrateur in desen gedenomineert,
alle de legaten hierin verhaelt, ofte noch bij mijn eygen schriften ofte
codicillen mach worden verhaelt, betalen met mijn schulden, ende sall alle seven
jaeren reeckeninge doen. Waerover sal wesen Ritske Sapema die se hem sall
mogen affnemen, ende daertoe geautoriseert sall worden om sulcx te mogen doen
met mijn heer Saeckema ende de grietman susters mannen. Waeromme ick
Testator legatere ende bespreecke aen den grietman voors., om dat hij de tutele
ende curateelschap ende specu-
teurschap aennemen mijnen alderbesten lakenen mantel, ende alle die genen die
over de rekenschap sitten, sullen geloont worden, ende oock den grietman mede
van sijn tuteelschap. Ende indien den grietman mocht comen te sterven, soo sall
sijn broeder hetselve aenvaerden,
die ick Testator daertoe authorisere, ende naer d'afflijvicheyt van dien sall
hetzelve aenvaerden een van hare susters mannen, dit sal geduyren tot ter tijt
toe dat het kintskint van mijn w. broeder tot den houwelijcken staet sall sijn
gecomen, ende een soontien sall hebben
echtelijck geprocreert, ende volcomentl. dartich jaeren oudt sall sijn.
• Hierbeneffens is mijnen uytterste wille ende begeren, dat Sipcke noch
Marij Jaersama, noch Frouck van Popma, ende alle hare vrienden met
mijn sterfhuys niet en sullen moeyen noch gene van mijn brieven, [in de marge:]
noch oock van mijne ouders noch voorouders brieven off instrumenten tot haer
sullen mogen nemen, off van imant gegeven sall mogen worden, want Frouck van
Popma mijn goederen allenthalven te schade ende schande is maeckende,
gelijck sij gesproocken heeft, ende metterdaet sulcx is doende, hierbij
ordinerende ofte het gebeurde dat Sipcke noch Marij Jaersma hare
moeder ofte vrienden ’t sij Tutores ofte Curatores ofte andere personen, die
daertoe conden gebruyckt worden,
die haerlieden met de scheydinge wouden behelpen, die ick Testator met hare
moeder heb gemaeckt, ende mijn Testators wijlen vaders ende moeders dispositie
soo te samen ende elck bijsonder gemaeckt niet willen houden, voor een
genoegsame scheydinge van goederen tusschen haren sonen ende kints kinderen
gemaeckt, ende die willen inbreecken, alsoo oock mijns w. broeders Testamente
ofte Codicille niet willen naegaen, dan haer met dese vs. scheydinge willen
behelpen, soo onterve ick Testator Sipcke ende Marij Jaersama
kinderen ende kints kinderen, ascendenten ende descendenten ende naecomelingen
in der eeuwicheyt
ende sall dan d'institutie gaen op den heer Saeckma, ende soo voorts op andere
hier te vooren gememoreerde personen.
• Procederende wijders dat Sipcke
noch Marij Jaersama descendenten ende nacomelingen geen restitutie in
integrum tsij relijven ofte andersins bij eenigen Prins, Heer ofte hooge
Justitie sall mogen worden vergunt. Daeromme derogere ick Testator bij desen
alle solemniteyten van rechten die mijne geinstitueerde erffgenamen 't sij sonen
ofte dochteren t'samen elck bijsonder behulpelijck connen sijn. Begere derhalven
aen alle 't sij hooge ofte leegen rechten dat sulcx niet mach geschieden, dan
dat Sipcke ende Marij Jaersama descendenten ende nacomelingen in
der eeuwicheyt sullen worden gehouden voor onterft,
ende dat ick Testator dan voor erffgename houde ende geset hebbe ende bij desen
't selve ben doende den heere Saeckema ende sijne nacomelingen op
conditien als vooren bij de institutie gestelt is. Seggende vorders indien het
gebeurde dat Sipcke ende Marij Jaersama t'sampt haer moeder
Tutores ofte Curatores, die sij daertoe konden gebruycken, ende de puncten
van desen mijnen uyttersten wille niet willen naegaen, noch approberen, dan
processen sustineerden ende sonder kinderen ende kints kinderen ende
nacomelingen geraecten te versterven, in sulcken gevalle legatere ick Testator
ende anders niet aen Jr. Engelbert van Uursule mijnen neve ofte sijne
descendenten, welcken voors. Engelbert is een sone van Jr.
Jan van Uursule ende Juffrou Jacolina Winters, de summa van vier
duysent Keysers guldens eens, ende ofte hij ofte sijn nacomelingen enige actien
ofte praetensien souden willen praetenderen op mijn moederlijcke goederen, die
ick in Flaenderen ende Brabant vercocht hebbe, ’t welck den
gemelten Engelbert ende sijne nacomelingen niet connen doen, aengesien
dat den gemelten Engelbert ende ick Testator, daer contracten ende
andersins hebben van gemaeckt, die onvolbreeckelijcken sijn, ofte andersins
wouden behelpen, soo sall hetselve legaat van geener waerden sijn, soo wel op
den gemelten Engelbert als oock voor sijne nacomelingen gemaeckt. Item
ofte het gedaen worden gelijck Frouck van Popma haer laet luyden ende
hare vrienden mede, dat sij mijne Testamenten ofte Codicillen weten te niet te
pleyten soo door het houwel. contract, dat mijn wijlen heer vader met sijne
jongsten sone Eelse van Jaersma, ende bij Frouck van Popma vader
ende moeder, ende bij mij Testator mede bevesticht is, daerdoor alles te niete
weten te pleyten, soo ist dat ick Testator het voors. houwelijcx contract bij
desen ben werderroepende, casserende ende te niete doende door desen mijnen
uyttersten wille, vermits Frouck Popma lelijckheyt die se aen mij ende
mijnen wijlen heer vader gedaen heeft, ende mijn w.vrou moeder die voor haer
tijden eer se mijn broeder krege alle verstorven was, is defamerende met hare
vrienden. Ten anderen dat sij de copye van het houwelijcx contract noyt heeft
willen laten toecomen, seggende dat vader Jaersama ende ick Testator daer
fenijn wouden uytsuygen. Alwaeromme ick Testator statuere, ordonnerende ben bij
desen, dat Sipcke noch Marij Jaersama haer moeder ende
moederlijcke vrienden in der eeuwicheyt met het voors. houwelijcx contract niet
sullen mogen behelpen, ofte behelpen laten, ofte enige andere bryven ende
instrumenten die sij heymelijck onder haer is houdende, ende sij mach weten bij
wat manieren sij dieselve gekregen heeft, dit alles op poene ende verbeurten van
alle mijn goederen, actien ende gerechticheden, die op Sipcke ende Marij
Jaersama kinderen ende kints kinderen t'samen ende t'elck bijsonder conden
comen ofte erven. Ende opdat dese mijne testamente, dispositien sijn
behoorlijcken effect sall mogen sorteren, soo derogere ick Testator alle
solemniteyten van rechten, die ick om kortheytshalven geremitteert ende
achtergelaten hebbe, sulcx doende bij desen die principalijcken mijn
geinstitueerde erffgenamen sullen wesen, als te weten Sipcke oudtste soon
ende sijne kinderen, ende daernae Marijens kinderen ende hare
descendenten, t'samen ende elck in solidum ofte elck besonder behelpelijck
conden sijn, ende voorts mijne andere geinstitueerde erffgenamen, ofte
legatarissen die iets tot inbruecke ende invalidatie tenterende ofte tot
ondersoeckende tegens desen mijnen testament, codicil ofte uyttersten iets
wilden doen, 't sij directel. ofte indirectel., vermits ick desen met rijpe
deliberatie, goets moedts mijn verstande ende memorie te volle gebruyckende
welle machtich gemaeckt hebbe, revocerende ende wederroepende wederom (gel. ick
oock in beginsel deses heb gedaen) bij desen allen testamenten, codicillen,
laesten ofte uyttersten wille 't sij bij monden ofte andersins in
scriptis gedaen, houdende daerom geen ander testament, codicill ofte uyttersten
wille van weerden als desen, daer recht op sall worden gedaen, ende 't gene ick
Testator onder mijn handt ofte in scriptis noch mach doen. Willende datselve van
sulcken weerden sall wesen
ofte het in desen ware geinsereert, ende sall desen gehouden worden voor een
testament, codicil, nuncupatyff ofte voor uyttersten bespreck des doodts;
daeromme ten laeste derogere ick Test. alle solemniteiten van rechten, die mijn
de institueerde erffgenaem ofte erffgenamen
int alderminste punct haer mochten ofte conden behelpen dat atterende waeren tot
inbreucken van deses, 't sij dat Frouck van Popma, ofte Sipcke
ofte Marij vrouwen ofte mannen bij mijn beschrijvinge der goederen haer
mochten indringen, hiermede wederom verbiedende gelijck ick in dese heb gedaen,
dan sullen de vs. Gedenomineerden executeur daermet moeten laten geworden, dit
alles bij poene van d'onerffenisse, gelijck ick Sipcke ende Marij
Jaersama (met alle haer moeders vrienden) hebbe verbonden, te weten Sipcke
ende Marij Jaersama descendenten ende ascendenten. Alsoo den getuyge den
inholt deses niet is
voorgelesen, soo neme ick Testator aen dat dese onderteyckeninge haer sall sijn
onschadel., ende neme ick Testator aen haer onder mijne hypothequen ten allen
tijden costeloos ende schadeloos te guaranderen ende met mijn persoon en
goederen t'ontheffen, ende dat onder allen legen ende hoogen rechten ter eerster
instantie mij justitiabel, mij submitterende ende ter oorsaecke vandien soo
subscribere ick Testator hetselven, ende stelle mijn eygen handt hieronder, ter
oorsaecke vandien dat de getuygen mogen sien, dat dit mijnen volcomen ende
uyttersten wille is, ende verclare ick Ferdinandus van Diepenbeeck dit
testament ende codicillen (sijnde septem paginas cum medio groot) met mijn eygen
handt geschreven te
hebben, ende tot meerder confirmatie vandien heb hetselven mede bevesticht,
naerdat het den Testator hetselven well gelesen ende doorlesen hadden, sijnde
tesamen op een tijt, uyre ende plaatse tot den Testators huysinge vergadert, als
namel. Theod. Laurimannus, Andreas Henrici postulant ende fiscael
van Leuwarderadeel, meester Hans Valck van Neurenborch
clockgieter, Cornelis Martens laeckenbereyder, Guilliam Pieters
mr. slotmaecker, ende den voorn[oem]den Ferdinandus van Diepenbeeck sampt
Eduardus Henrici notarius publ., diewelcken alle van hem Testator om
desen als gelooffweerdige getuygen te verteyckenen expresse geroepen ende
gebeden sijn, ende naerdat hij Testator in haer lieder praesentie
desen eerst met sijn handt hadde verteyckent, hebben sij voornoemde getuygen de
verteeckeninge op sijn Testators versoeck alsoo gedaen in een context sonder dat
d'een van den anderen voor de volle bevestigen is gescheyden, gelijck boven
geroert, ende sijn deselve getuygen alle borgers ofte inwoonders deser stede,
dewelcke nochtans vant inhouden van dese dispositie onwetende sijn, als allene
het voorst ende het achterste verstanden; exempt dat in praesentie van gedachte Theodoro
Laurimanno, Andrea Henrici ende mij Diepenbeeck den Testator
de gansche dispositie de verbo ad verbum door den voors. Eduardo Henrici
is voorgelesen, behalven dat oock deselve vier getuigen beneffens d'andere
vordere tegelijck hebben aengehoort het begin ende het eynde van desen
testamente.
Actum tot het Testators huys bijnnen de voors, stadt Leuwarden den vijff
en twintichsten February, Anno duysent ses hondert twee ende dertich, 25en
February Ao. 1632, ontrent ses uyren naer noen. Onderstonden
C.F. van Jaersma, Theodorus Laurimannus, A. Hendrix, H.
Falck van Nuerenberg, Cornelis Martens, Gilian Peterssen,
E. Henrici N. Publ. ende Ferdinandus van Diepenbeeck met hun
gewoontl. togen.
[links in de marge: Francq.]
Nae gedane collatie tegens den principale testamente, verteekent als boven, is
deesen daermede bevonden te accorderen, in kennisse van mij, desen 14en January
1656.
Ter ordonnantie van derselve
H. Scheerhagen
1.14.
1656
Volgens de lijst van genodigden voor de
begrafenis van Albert Ornia, 1636, woonde Jaersma in Leeuwarden "bij de
put", achter de Grote kerk. Het klein consentboek van 1628, fol. 214r,
geeft een huis aan niet ver daarvandaan: "Antie Dircxdr. wonende binnen
Sneeck" verkocht voor 320 ggl. op 28 november aan "Joncker [Sipcke]
Feye van Jaarsma wonende binnen Leeuwerden seecvkere huysinge ofte woninge
staende binnen Leeuwerden vs. in de Bontepapestraet vooraen in deselffde straet",
dat "bij den gemelten Joncker Jaersma ende Joncker Sipcke van Jaarsma, sijn
vader, bewoont wordt ende mij denselffden van Lucia Willems gewesene conventuale
mijnen overledene moye aenbeerfft". Jr. Ciprianus Feije van Jaersma,
overleden op 4 november 1636, is op 10 november vanuit de Bontepapesteeg
begraven in Holwerd; OAA-L1215/418 en OBW-645.
Over voorvallen die in 1580 te Leeuwarden hebben plaatsgehad, schreef de
jezuïet Willebrordus van der Heyden (1595-1638). Uit het afschrift (Tresoar
6305 Hs/19; niet: XIX), dat A.J. Bruinsma gemaakt van het origineel in het
archief van de parochie van de Bonifatiuskerk, is het volgende overgenomen. Van
het klooster Sint Catharina "in de bonte pape steegh ... zijn in 1580
ongetrout gebleven drie nonnen, te weten Janne Canters onderpriorinne, Anne
Gerrits, Lucie Willems, en twee werkzusters te weten [Agniet] Wibes ende Griet
Joostes, die van de stadt gepacht hebben drie huysen van 't clooster, het
sieck-huys van de bonte pape steegh, 't huys daeran ende Jaersmahuys. De andere
sijn getrout."
In het "liber beneficiorum" (inv.
van het oud-archief der stad Leeuwarden, 1893, nr. 269) staan op blz. 17 recto
en verso de "Namen ende toenamen van de witte nonnen binnen Leuwarden
dewelcke een yegelijck voor hun quota tot hun levensstondt uytte incoomen vant
selve clooster heur jaerl. onderholdinge genieten soe volcht
In den eersten dertien choernonnen
doot - Dorothea Harmensdr. priorinne; 1 - Joanna Jacobs; doot - Anna Warners;
doot - Clara Jans: desen elcx L £
2 - Anna Gerryts; doot - Dominica Jans ; 3 - Sy Luythyes; doot - Anna
Willems; 4 - Cely Pieters; 5 - Appolonia Andries; 6 - Helena Pieters; 7 - Lucia
Willems; doot - Anna Syierdts: desen elcx XXXV £
doot - Geertruydt Dominicus exivit [= is uitgetreden] verleden somer in den
hoytijt; doot - Cely Taeckes exivit een maent voor Allerheili[gen]: desen elcx
XXV £
Leecke susters
8 - Trijn Pieters olt LV jaeren; 9 - Anna Dominicus; 10 - Lysbeth Bauckes;
doot - Martha Feyes; 11 - Griet Joostes; 12 - Magdalena Jacobs; 13 - Agniet
Wybes: desen seven leecke genieten elcx XXXV £
doot - Barber Eeckes exivit over twee jaeren, is woonachtich te Dockum: XX
£
Beloopen dese pensionen syaers VIIcLX £. Blijven oever boven de jaerlixe
opcomsten IcL £."
Inventaris van de inkomsten van het klooster 'Witte Nonnen ofte twaelff
apostelen' is op 23 februari 1580 opgemaakt (blz. 9-12): de naamlijst is van
later datum.